Over ons;

Ik ben Romy en ik ben je Homie, dit is Jeneh en zij is zwaar oké. Wij zijn erg goed in rijmen dus besloten we om uit Nederland te verdwijnen.

Wij zijn twee meiden die gaan reizen en dus moeten wij al onze avonturen vastleggen. Jullie zullen gaan meegenieten hoe wij van elk onbelangrijke steen foto's maken en in elk nieuw stadje selfies. We zullen nonchelante-we-kijken-net-niet-in-de-camera-foto's maken en zullen zeker niet gaan toegeven dat juist die foto's de meeste moeite hebben gekost. Om nog meer basic te zijn zullen we elkaar ook maximaal gaan vloggen. Gelukkig zullen wij niet totaal standaard onze leeftijdsgenoten en geslacht eer aan doen, want we zullen ook de minder leuke momenten vast leggen en zullen er geen filters overheen gooien. Geen filters over onze instaposts kunnen we helaas niet beloven.

Zonder grappen. Wij hebben ons diploma en we zijn klaar voor onze beloning. We gaan ons vermaken en volvreten in Azië. Zoals altijd zal ik deze reis gaan bloggen.

Reageren kan altijd onder de post of via Facebook en Instagram.

x

Wandelende winkels en Franse architectuur 

De assistent van meneer-niet-helemaal-100 blijkt ook een steekje los. Hij begreep niet waarom ik graag omgeroepen wilde worden wanneer de bus zou arriveren. Is natuurlijk ook een heel vreemd verzoek als je op tijd wil zijn voor je bus. Hij moest meneer-niet-helemaal-100 toch echt wakker maken om te overleggen of wij een seintje konden krijgen wanneer de bus er was. 


We hebben de jongens van de groep op een haar na gemist. Zij werden door meneer-niet-100 ontvangen, terwijl wij net 15 minuten in de bus zaten. Verbazingwekkend genoeg herkende meneer-niet-100 ons wel toen de jongens over ons begonnen. ‘Do you know them?’ Vroeg de man aan de jongens. ‘Yes, we travelled together for almost two weeks’. ‘They are pretty no?’. Uhmm....... ‘yes’. Bedankt he meneer, wij vinden jou ook mooi. 


Wanneer je in een bus zit met airco die op -70 staat, gekleed bent op 31 graden en het enige dat er is om je warm te houden, is een vies dekentje dat duidelijk door meer mensen is aangeraakt dan dat ik in mijn leven heb ontmoet, merk je pas echt de verkeerde levenskeuzes die je hebt gemaakt. Vaag is ook dat we op Cat ba aankwamen met een ferry en nu de plek verlaten over land? Ik weet niet of het aan het gebrek aan ervaring ligt of logisch nadenken, maar in mijn beleving is een eiland niet eerder magisch vast gezet aan het land. Maargoed, er gebeuren hier wel meer rare dingen. 


Dit is nu onze zoveelste rit in de nachtbus, dus we zijn er nu wel een beetje bekend mee. We zeggen de rochelende mensen in de bus netjes gedag, maken we het onszelf comfortabel onder ons gore dekentje en luisteren we naar het getoeter van het verkeer dat nog net wordt ontweken. Waar ik nog steeds niet aan kan wennen is de wc situatie, maar dat zal denk ik ook nooit gebeuren. 


Plaspauze is voor mij een route-indicatie, want ik ga het niet eens meer proberen. Je hebt hier volgens Mia sowieso maar twee opties; beach or bushes. Jeneh blijft nog hoopvol, ze zal wel moeten met de blaas van een eekhoorn: ‘Is there a toilet over there?’ Random vrouw: ‘No, i just did it over there’. Ok. 


Toch is buiten de betere optie, want als je in de rij gaat staan voor de werkelijke wc komen er drie mannen tegelijk uit het hokje. Ik zal je vertellen hoe het er hier aan toe gaat. Dit is een soort drie musketiers plassituatie waarbij er van alles wordt geraakt behalve de wc zelf. super als je hierna mag. Ik was al panisch, maar na dit...


Tijdens deze rit zaten we weer een maaltijd te eten die allemaal vragen bij ons opriep. Is dat echt vlees? Van welk dier dan? Hoelang ligt het er al? Hoeveel vliegen hebben er opgezeten? Komt de rijst van dezelfde plek als de rijst waar ik met mijn gore slippers op heb gestaan? Hebben we nog pillen tegen diarree? Het zal allemaal wel hartstikke meevallen, dat bleek tot nu toe elke keer, ik kan het binnen 24 uur laten weten.


De bus stopt en we zijn er, of nouja, Googlemaps zegt dat we er zijn. De deuren van de bus blijven voor onheilspellend lange tijd dicht. Dit is zo’n situatie waarin erge scenario’s door je hoofd gaan. Kidnapping, human trafficing, bestolen worden, dat soort dingen. In werkelijkheid lieten ze de bus dicht, omdat het 4 uur ‘s ochtends was en de mensen op deze manier hun nacht konden afmaken. Als je er overdenkt, super aardig. Als je realistisch bent, niet echt lekker. Al die gore mensen die liggen te hoesten en andere rochel geluiden liggen te maken, persoonlijk sliep ik alsnog prima, maar Jeneh had er last van en lekker wakker worden is anders. 


We zijn aangekomen in Sapa. We werden meteen overspoeld met vrouwtjes die ons spullen wilde verkopen. Van de stad hebben we niks kunnen zien, niet alleen omdat het nog steeds pas 6 uur ‘s ochtends was toen we de bus uitstapte en dus meteen een taxi pakte, maar ook omdat de mist zo dicht was, dat we amper nog elkaar konden zien. 


Staan we dan in de stront en de mist. Ondanks dat je hier geen hand voor ogen kan zien, voel ik aan mijn water dat het hier een leuke plek is. Jeneh vind het vergelijkbaar met Oostenrijk ik vind het vergelijkbaar met een grote kinderboerderij. Ik heb nog niet veel gezien, maar het ruikt als een grote kinderboerderij. We liepen door een ‘dorp’ waarvan de hoofdstraat duidelijk geen straat genoemd mag worden. We moesten wel lopen, want voor de auto was de weg niet begaanbaar. Onderweg werden we te vaak aangesproken door wandelende winkels (vrouwen die tasjes met 100 kleuren aan je willen verkopen).


We zijn 2 seconde binnen in het meest schattige homestay verblijf dat je maar kan bedenken. We krijgen een kingsize bed met uitzicht over de rijstvelden en een ontbijtje. Blijer kon je ons niet krijgen. Op dit moment is er dus uitzicht over 1 meter vanaf ons raam, want de mist is te dik. We hebben een persoonlijke waakhond die blaft naar elke buitenstaander, maar tegen ons puppygedrag vertoond. Ik denk dat we ons hier wel gaan vermaken. 


De wandelende winkels achtervolgen ons hier als zombie’s en nu zetten ze zelfs hun kinderen in om ons spullen te verkopen. Je zou denken dat ik, als juf, de kinderen het meest angst aan zou kunnen jagen, maar vandaag was het Jeneh die de kinderen het stuipen op het lijf joeg. Het weerhield de kinderen er helaas niet van ons alsnog weer iets proberen te verkopen. Kinderen zijn ook echt overal ter wereld hetzelfde. 


Het weer ging ons er niet van weerhouden (woordgrapje) iets nuttigs met onze dag te doen. We gingen het stadje Sapa in. Het kostte ons wel even om daar te komen, want 30 minuten in een taxi die onophoudelijk gaten in de weg of heuvels langs de kant probeert te ontwijken en soms onvermijdelijk probeert te overleven, is geen relaxt ritje. Toch is dit ook part of the experience. 


Het stadje bleek niet veel bijzonders, zoals we ook al online hadden gelezen. Achteraf hadden we dus nog niet eens een derde van het stadje gezien. Dat wisten we op dit moment totaal niet, dus we waren onwetend en een beetje teleurgesteld. Kijk even goed naar de foto’s hoe ons humeur omsloeg nadat het eten op tafel kwam dat we hadden besteld. Jeneh had vandaag niet alleen een goede keuze gemaakt wat betreft eten, maar ook nog eens beter dan ik! Dit moment is duidelijk blogwaardig. 


We hebben ons lopen verbazen over het verschil in arm en rijk in deze plaats en over de Franse architectuur. In Sapa staat een volledig, met alles erop en eraan, vijf sterren restaurant, terwijl je vanuit het raam de zooi in de modder ziet liggen. Daarnaast was het vinden van de Franse architectuur nog verbazingwekkender. Het enorme gebouw: Central station wat eruit zag als een kruising tussen een Bijenkorf en een gemeentehuis, konden de Aziaten toch nog in een pleuris bende ombouwen. Van binnen bleek het meer een markt met de merken: Abibbas en Nyke. 


Het begon al donkere te worden en de mist werd nog erger dan eerst. Het was tijd voor ons om deze spookstad te verlaten en terug te keren naar onze homestay. De terugrit in de taxi zouden ze oprecht als attractie kunnen verkopen. Niet alleen was het nog hobbeliger dan de heenweg, maar deze chauffeur kon nog geen meter voor zich zien. Hij bleef wel stug minimaal 40 rijden, dus het was elke keer weer spannend wat er uit het donker voor de motorkap zou opduiken en wat hij nu weer met een haar zou missen. 


Hier hadden we dus niet zo goed over nagedacht. Daar stonden we dan in het donker zonder telefoon (uitgevallen). De taxi kon niet verder, de weg was onbegaanbaar. Er was geen straatverlichting, er was amper een straat. Dit is duidelijk zo’n gevalletje: Twee Nederlandse meisjes vermist in bush bush na vier weken helikopter-zoektocht is er opgegeven. Verder gaat het goed hoor, mam! Wij zijn backpackers en niet zo snugger, maar daar gingen we dan. Voetje voor voetje liepen we elkaar moed in te praten. Wij wisten de weg echt wel. Met onterecht zelfvertrouwen liepen we arm in arm verder. We hadden het gevoel dat we steeds dichter bij onze homestay kwamen, het begon er in ieder geval steeds meer naar stront te ruiken, dus we zaten in de buurt. 


Dit was even minder leuk. Een aantal honden kwamen vanuit huizen en steegjes grommend op ons af. We konden nergens heen en (ik geef toe) we paniekte een beetje. Uit het donker kwam daar onze reddende engel. De hond van onze homestay kwam ons redden. Ik maak geen grappen, dit is geen film. De hond van de homestay blafte naar de andere honden, die zich al snel terug trokken en wees ons de weg naar huis. Nog geen 10 minuten later lagen zaten wij ons honden-redt verhaal aan de Engelse mensen in de homestay te vertellen. 


Dit, kan ik je vertellen, was een heerlijk bed. 














































Reacties